De kunst..
schoonheid…, men zegt dat er niet over te twisten valt. Mensen zien kunst doorgaans
als symbolen, rebussen bij een concept, voorstellingen die door iemand zijn
gecomponeerd en alleen maar bestaan zodat mensen er naar kunnen kijken en zich
kunnen afvragen wat de kunstenaar er nou eigenlijk mee bedoelde. En als je die
bedoeling dan, als kunstliefhebber, doorhebt, dan is het kunstwerk zelf een
lege huls geworden, niets meer dan een vertelde mop, en kun je het alleen nog
maar waarderen om het ambachtelijke. En als je er niet achter komt dan is het
kunstwerk een onoplosbare puzzel, slecht vervaardigd, twijfel je aan het recht
van bestaan, dan haal je je schouders op en wend je je naar het volgende werk.
Maar bezie het
beeld van Ine van der Horn nu eens op een andere manier, namelijk als een
bevroren moment, een foto van Cartier Bresson, een representatie van het
belangrijkste en interessantste moment uit een levensloop, een minuscuul fragmentje
tijd uit een eeuwigheid. Het kost U misschien wat inlevingsvermogen, wellicht
bent U niet gewend om zo naar kunst te kijken.
En stel je
daarbij voor dat de kwaliteit van het werk niet zit in het afbeelden zelf, niet
in het gebruikte materiaal, maar in het kiezen van dat specifieke, speciale moment.
Dat Ine dit moment bewust gekozen heeft als het meest spannende ogenblik van
een verder onbekende beweging of een gesuggereerd leven. Ik kan U zeggen dat
dat het nodige talent van de kunstenaar vergt.
Zie je Ine
zitten, in haar atelier, ze beeldt zich een leven van een mens voor, een
situatie, een beweging, en zoekt naar het meest intense moment. Hop, daar is
het, een ogenblikje maar. Dat moet ze afbeelden, dat is de spanning. Snel het
leer gepakt, voordat het moment uit haar gedachten is gevlogen.
Wat zie je dan?
(bovenstaande tekst schreef ik voor een website n.a.v. een tentoonstelling van Ine van der Horn)