Sunday, September 12, 2010

Immersie 7: special over representatie

Lange tijd geleden bestond een behoorlijk fel dispuut tussen filosofen en epistemologen van relieuze snit enerzijds, en met een atheistische grondslag anderzijds. De eersten wisten het bestaan van het lichaam (het 'vlees', zoals de clerus dat placht te noemen) te ontkennen, de tweede ontkenden het bestaan van de geest. Zij gebruikten daarvoor een soortgelijke truuk, die verborgen ligt in de ultieme epistemologische vraag: 'hoe kunnen we de wereld kennen?'

Die vraag werd als volgt beantwoord:

Wij kunnen geen contacten, ter verificatie of falsificate, leggen met de wereld zelf, op welke wijze dan ook, wat dat dan ook moge betekenen. We kunnen haar slechts waarnemen, dus we kunnen uitsluitend de representatie van dingen bestuderen, ofwel de wijze waarop de dingen ons 'aandoen'. Hoe doen we dat? 'Met onze fysiek, onze ogen, hersenen', zegt de atheist. 'Met onze geest', zegt de clerus.

'Als het waarnemen van representaties essentieel is voor het mens-zijn, en de geest is daar niet voor nodig, dan is het niet nodig dat die geest bestaat', zegt de atheist.
'Als het waarnemen van representaties essentieel is voor het mens-zijn, en in de geest voltrekt zich het waarnemen, waarbij het lichaam slechts stoffelijk doorgeefluik van representaties is, dan is de geest superieur over het lichaam', zegt de clerus.

Ziedaar het dispuut. Uiteraard in schandelijk onvolledige samenvatting.

Immanuel Kant kwam met een oplossing, die suste de boel door te stellen dat de waarneming van representaties niet de wijze is waarop wij de wereld kunnen kennen, maar we kunnen dat wel doen door gebruikmaking van een soort a-priori zuivere rationaliteit, het "Reinen Vernunft". Eerst denken, systemen bouwen, dan eens kijken of het klopt. Einstein en Popper voeren er wel bij.

Ik realiseer mij, ook door de bijdrage van Alex (als reaktie op mijn vorige post) dat als je iets zinnig wilt zeggen over immersie als verbeelding door representatie, dat deze oude veelomvattende discussie plotseling relevant wordt. Eigenlijk wil ik dat vermijden, want het is een veel te zware discussie.

Zo is door deze polemiek onderscheid ontstaan tussen angelsaksische filosofen ('hoe kunnen wij waarheden van onwaarheden onderscheiden') en continentale filosofen, ('we kunnen niet zeggen of iets waar is of niet, maar wel wat het voor ons zou betekenen als het waar is') en zijn failliete extremiteiten ontstaan als de Logisch Positivisten, ('we weten niet hoe maar we kunnen objectief onomstotelijke bewijzen formuleren die betrekking hebben op de objectieve werkelijkheid; met andere woorden: we kunnen het epistemologisch representatiebeginsel door logica omzeilen') die draken opleverden als de 'Grundsatze der Arithmetik' van Gottlob Frege. Postmodernisme is weer een ander voorbeeld.

Van dat soort drakerij wil ik mij zo ver mogelijk houden. Het moet mogelijk zijn iets zinnigs te formuleren over immersie zonder de wankele epistemologische representatieprincipes aan te raken. Hoop ik.

Thursday, September 09, 2010

Immersie 6

Als het zo is, dat de definitie van immersie “...vrijwillig je identiteit en omgeving tijdelijk verruilen door een in een medium gerepresenteerde identiteit en omgeving...” (zie eerder op deze blog) ter discussie staat omdat er geen sprake hoeft te zijn van een representatie om een staat van immersie te bereiken, waardoor het onderscheid tussen immersie en fantasie of verbeeldingskracht verdwijnt,

...dan wordt het probleem nog veel groter. Je kunt namelijk het verschil tussen een gerepresenteerde, een gefantaseerde en de werkelijke wereld niet zodanig formuleren dat dat verschil relevant wordt voor zowel fantasie/verbeelding als immersie.

Voorbeeld: Een persoon heeft een kennissenkring en familie. De mensen uit de kennissenkring en de familie kennen allemaal bepaalde eigenschappen van die persoon. Zij identificeren of definieren de persoon naar aanleiding van hun voorstelling van die eigenschappen. Sterker: dat doet hij met zichzelf ook. Dat wil zeggen dat hij net zoveel keer in representatie bestaat als er mensen zijn die hem op enigerlei wijze kennen, inclusief hemzelf. Dus hij is niets anders dan zijn eigen representatie, en er bestaan heel veel verschillende representaties van hem.

Dat betekent dat je ook immersief of verbeeldend kunt/moet zijn zonder dat je de werkelijkheid verruilt voor een gerepresenteerde, omdat de werkelijke wereld en de gerepresenteerde wereld niet logisch van elkaar te onderscheiden zijn.